Het eerste Groot Rotterdams Atelier Weekend:

Een interview met de organisator Piet de Jonge.
ENG / NL
Art Index Rotterdam sprak met Piet de Jonge, organisator van het eerste Groot Rotterdams Atelier Weekend. Hij studeerde Kunstgeschiedenis en Filosofie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Begon zijn carrière in 1981 als conservator bij het Van Abbemuseum en was tot 2005 hoofdconservator bij Museum Boijmans Van Beuningen en het Kröller-Müller Museum. De Jonge was directeur van het tweejaarlijkse kunstfestival Charlois Speciaal in 2016 en 2018 en gastconservator van Route Du Nord in 2017. Momenteel werkt hij aan KAPELLENBAAN.
De rol van de curator is voortdurend in ontwikkeling. Wat betekent het volgens u om vandaag de dag curator te zijn?

Ik denk dat het curatorschap een zeer onderschat beroep is. Een goed gecureerde tentoonstelling neemt de bezoeker mee aan de hand van kunstwerken en hun betekenis, geschiedenis en schoonheid. De volgorde van de gepresenteerde werken is echt belangrijk. Je kan een object beter begrijpen door wat er eerder werd getoond. De selectie van de werken en de volgorde waarin ze worden tentoongesteld is cruciaal. Een voetbalteam heeft de juiste coach nodig om te blijven winnen of een orkest dat de luisteraars zal ontroeren vanwege een briljante dirigent. De coach en de dirigent spelen niet zelf, zij laten anderen performen op een manier die men nooit uit zichzelf zou spelen.
Hoe zou u uw aanpak als curator omschrijven? Is samenwerking een essentiële vaardigheid voor curatoren?

Vroeger werkte ik in een museum en heb ik veel solotentoonstellingen met kunstenaars gemaakt.Ook maakte ik veel tentoonstellingen met werken uit de eigen collectie van het museum. In die tijd was de kunstenaar of de collectie het uitgangspunt. Je maakte een grote tentoonstelling en vertrouwde erop dat de bezoeker zou komen en het leuk zou vinden wat er te zien was. Eigenlijk was het curatoren-team niet erg geïnteresseerd in het profiel van de bezoeker. Het was een van de redenen dat ik ben gestopt met werken voor een museum. Ik had genoeg van deze institutionele aanpak. Door te werken in een buurttuin in Rotterdam ontdekte ik dat er weinig verschil was in de keuze van schilderijen of planten. Het verschil kwam met de bezoekers, in dit geval de andere tuinierders. Zo leerde ik het belang van het werken met anderen en het luisteren naar hun wensen en ideeën. Het heeft mijn benadering van het cureren enorm veranderd. Toen ik directeur werd van Charlois Speciaal wilde ik meer weten over de kunstenaars en andere mensen die in Charlois wonen. Ik wilde ze met elkaar in contact brengen door middel van kunstprojecten. Het heeft me veel geleerd over de sociale situatie in dat gebied. Het festival liet zien hoeveel kunstenaars er zijn en hoe goed ze zijn. Het liet ook zien dat mensen die normaal gesproken niet naar musea gaan, kunstwerken weten te waarderen waar zij zich mee kunnen verhouden en die gemaakt zijn door kunstenaars die in dezelfde straat wonen als zij.
Het Groot Rotterdams Atelier Weekend is een geweldige samenwerking met een groot aantal kunstenaars in deze stad. Het is erg leuk om het te organiseren en Ik ben blij dat CR me hierbij heeft geholpen.


Hoe ervaart u het cureren in musea in tegenstelling tot kleinere kunstruimtes? Hoe bent u uiteindelijk aan grootschalige kunstevenementen gaan werken?

Waarschijnlijk ben ik vanaf het begin verwend. Ik ben begonnen als curator bij het Van Abbemuseum en heb met een aantal bekende kunstenaars gewerkt: Armando, Per Kirkeby, Hermann Nitsch, Alighiero Boetti, Antoni Tapiès, James Lee Byars en Nicola de Maria. Het was erg leuk om met hen te werken en te discussiëren over hun werk. Dit ging verder bij Boijmans en Kröller-Müller. In een kleine kunstruimte hoeft de praktijk niet anders te zijn. Er is een kleiner budget, de kunstenaar is misschien minder bekend, maar het kunstwerk moet zo goed mogelijk worden gepresenteerd.
Ik voel me aangetrokken tot grootschalige projecten. Het kost veel tijd en energie om een tentoonstelling te maken of een project te organiseren. Ik wil al deze inspanningen goed benutten en ik wil dat veel mensen ervan genieten.
Wat is de sleutel tot succes bij de communicatie met het publiek? Hoe belangrijk is de professionele dialoog?

Het is erg moeilijk te begrijpen wie je publiek is. Toen ik in 2001 een tentoonstelling maakte met de collectie van Museum Boijmans Van Beuningen in het Museu Serralves in Porto heb ik een zeer persoonlijke keuze gemaakt uit de vier sterke richtingen van de collectie: prenten en tekeningen, toegepaste kunst, oude meesters en moderne kunst. Het gemeenschappelijke thema was de natuur, de titel van de tentoonstelling was In The Rough, een werk van Lawrence Weiner. Ik heb werken uit verschillende tijden en verschillende media naast elkaar gezet. Het werkte goed, ze kregen meer dan 100.000 bezoekers. Ik heb geen idee wat de sleutel tot succes is. Is er een dialoog? Ik vrees dat alle museale tentoonstellingen eenrichtingsverkeer zijn.

Kunt u over een curatorieel project vertellen dat heel belangrijk voor u is en waarom? Wat beschouwt u als uw belangrijkste project?

Mijn belangrijkste en meest relevante project is mijn laatste project en aangezien ik aan twee projecten tegelijk werk, wil ik ze beide noemen: het Groot Rotterdams Atelier Weekend en de Kapellenbaan. Het laatste is een project in de omgeving van Boxmeer in het noordoosten van Brabant. Het ligt op het kruispunt van Gelderland, Limburg en Brabant. Een vriend van mij is er met zijn gezin naar toe verhuisd. Hij vroeg mij om een idee te bedenken voor een culturele opwaardering van het gebied. Ik heb voorgesteld om kunstenaars uit te nodigen om kleine paviljoens te bouwen, vergelijkbaar met de veldkapellen die men daar aantreft; een kleine plek om na te denken, een retraite voor de mens van vandaag, niet noodzakelijkerwijs religieus, maar die toch een geestelijke troost bieden. Het heeft ons vier jaar gekost. Volgende maand zijn de eerste twee open voor het publiek: Atelier van Lieshout in Gennep en Maria Roosen in St. Agatha.
U woont al heel lang in Rotterdam. Is de Rotterdamse Kunstwereld veranderd? Hoe omschrijft u het nu? Wat maakt het speciaal voor u?

Ik ben in 1989 naar Rotterdam verhuisd. Wim Crouwel was de directeur van Museum Boijmans Van Beuningen, hij was de beste museumdirecteur die men zich kon voorstellen. Hij moedigde alle conservatoren aan om met ideeën en plannen te komen. De jaren negentig waren zeer levendig. We hadden grote tentoonstellingen van Robert Gober, Martin Kippenberger, Gerhard Richter, David Hockney en Matthew Barney. We nodigden gastcuratoren uit die mij de kans gaven om samen te werken met Peter Greenaway, Robert Wilson en Hans Haacke. Al deze tentoonstellingen moeten een effect hebben gehad op de Rotterdamse kunstwereld. Het was de tijd dat kunstenaarsinitiatieven als Kunst & Complex, Stichting B.a.d, Kaus Australis en Duende zeer actief waren. Het was leuk om de kunstenaars, hun ateliers en hun feesten te bezoeken.
Als ik aan de Rotterdamse kunstscene denk, denk ik aan alle nieuwe ateliers en galeries die zijn ontstaan. Dat vind ik erg leuk. Ik ben niet zo blij dat Boijmans besloten heeft de deuren volledig te sluiten. Ik ben erg benieuwd naar het nieuwe depot.
Het eerste Groot Rotterdams Atelier Weekend op 26/27 september, waarbij 40 ateliercomplexen en meer dan 300 kunstenaars betrokken zijn. Kunt u hier iets meer over vertellen? Waar komt het idee vandaan? Wat wil u bereiken? Waarom raadt u het aan en aan wie?

Stichting Droom en Daad steunt dit evenement. Toen ik eenmaal bevestigd kreeg dat het geld er was, heb ik alle ateliercomplexen en kunstenaarsinitiatieven aangeschreven of ze geïnteresseerd waren om mee te doen. Ik had het al met drie van hen gecheckt, ze vonden het allemaal een goed idee. Kunstenaars hebben het nu bijzonder moeilijk. Vanwege Covid 19 werden veel tentoonstellingen uitgesteld of geannuleerd. Dit atelierweekend geeft hen de kans om hun werk binnen relatief veilige omstandigheden te tonen. Ik hoop dat het een grootschalig evenement wordt met veel bezoekers, kunstliefhebbers en potentiële kopers. We hebben Anne-Marie Ros uitgenodigd om zes verschillende tours te organiseren tijdens het weekend. Ik ben zo blij dat ze uitstekende tour-gidsen heeft gevonden, ze zullen elke dag drie Corona-proof tours doen voor een zeer kleine groep. Omdat de ateliers gelijkmatig verdeeld zijn over de stad kan de sociale afstand worden gerespecteerd. De verscheidenheid en kwaliteit van de deelnemende kunstenaars is enorm, ik ben er zeker van dat degenen die een aantal ateliers komen bezoeken voor aangename verrassingen zullen komen te staan.

16 september, 2020

***
Groot Rotterdams Atelier Weekend
26&27 september, 2020
11.00 - 17.00 uur

40 ateliercomplexen en meer dan 300 kunstenaars
Gratis rondleidingen: 11.30, 13.30 en 15.30 uur
(Aanmelden ter plekke op startlocaties ten minste 15 min voor de start. Maximaal 4 personen per tour, op eigen fiets.)
Voor nadere informatie kijk op de site.


Subscribe to our newsletter

Name:

Email:

We will not share your name or email with third parties and of course you can unsubscribe at any time.
>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>>